27. Sas van Gent - Sint Laureins (B)


Iedereen die aan sport doet zal het herkennen: de ene dag is de andere niet. Vandaag bleek het niet helemaal mijn dag te zijn, oftewel de zwaarste kilometers tot nu toe.
Om het laatste stuk naar de kust met Marieke te kunnen lopen moet ik nog een flinke etappe van 40+ kilometer, dan komt het allemaal het beste uit. En omdat we flink wat bergkilometers hebben gemaakt in de Alpen én het vakantie is vind ik het niet erg om er een lange dag van te maken en dit lange stuk te lopen. Dit ondanks het feit dat het wederom met de auto en de vouwfiets moet vanwege het ontbreken van enige vorm van openbaar vervoer ter plaatse.
Aldus ga ik al voor zes uur van huis om naar mijn eindpunt van de dag te rijden: Sint-Laureins in België. Het verkeer rond Antwerpen schiet niet op en er zijn wat wegen afgesloten wat onze ouderwetse navigatie niet weet dus het duurt wat langer dan gepland.
Daarna fiets ik de 25 km naar Sas van Gent en dat valt me zwaarder dan ik zou willen, er komt zogezegd geen eind aan. Ook ga ik een stukje verkeerd dus ik fiets een paar kilometer meer dan de bedoeling was. Het is daardoor al kwart over 10 als ik begin met lopen.

Als ik de etappes voorbereid (en loop) valt me het me op dat de vorm van ons land hier en daar uitstulpingen heeft die me daarvoor nooit waren opgevallen. Het leukste vind ik dat tijdens het weerbericht waar altijd een kaart van Nederland wordt getoond met scherpe contouren. Ik zie dan altijd even waar ik ben op mijn tocht, maar ook bijvoorbeeld de Meinweg in Limburg, de drie 'deuken' in de zuidgrens van Brabant, en speciaal voor vandaag de 'deuk' in de onderkant van Zeeuws-Vlaanderen. En precies deze deuk is vandaag mijn route!


Omdat het uitzicht de vorige keer voor een groot deel uit mais bestond was ik bang dat dat vandaag weer zo zou zijn. Dat valt echter reuze mee. Vooral in het begin is het uitzicht onbelemmerd en ik zie kerktorens die achteraf bijna 20 km ver weg zijn, leuk. Op de vele akkers liggen lange rijen met gerooide uien, klaar om opgehaald te worden door een van de vele tractors die ik overal op het land bezig zie vandaag. 

De wegen bestaan voornamelijk uit lange smalle betonnen weggetjes, soms met mooie rijen populieren erlangs, soms eindeloos lang met vandaag veel grenspalen precies aan de route. Opvallend veel van de palen staan op een dijk of andere verhoging, maar dat zal toeval zijn.
Voor het eerst dit jaar zie ik de eerste tekenen van de naderende herfst. De populieren verkleuren al een beetje en laten de eerste blaadjes vallen. Ik realiseer me dat ik tijdens mijn avontuur de vier seizoenen bijna rond heb gewandeld. 


Vandaag is er geen enkele mogelijkheid om koffie te drinken of wat lekkers te kopen. Alle bebouwing bestaat uit gehuchten waar vrijwel niets beweegt, laat staan een ober op een terras. Dat is op zich niet heel erg maar omdat het redelijk warm en benauwd is raak ik snel door mijn water heen en moet er zuinig mee zijn. Bovendien is een pauze met koffie en gebak altijd een leuke break van de dag.
Wel passeer voor het eerst sinds een paar etappes een monument van de Dodendraad, ik heb er al een paar keer over bericht maar het blijft indrukwekkend:

Ik heb de lelijkheid van de Belgische dorpen meermalen beschreven en inmiddels kijk ik niet meer op van de vervallen, half afgebouwde en aan elkaar gekluste rommel, afgewisseld met kasteelachtige huizen vol overdreven attributen, maar ik sta toch even vreemd te kijken in het gehucht Posthoorn. Midden tussen de oude huizen ligt een tuin die zó strak is aangelegd en bijgehouden dat het een grap lijkt. Er ligt letterlijk geen enkel blaadje of takje op de grond. Ik vind het ontwerp foeilelijk en het past op geen enkele manier bij het huis erlangs, maar moet toch lachen om de perfectie tussen al de vergane glorie.

Na iets meer dan 20 km rust ik een poosje op een bankje in een dorpje. Mijn water is op en ik kijk waar ik eventueel aan kan bellen om om water te vragen. Dan zie ik een dame uit een auto stappen en een huis binnengaan. Direct daarna loopt ze terug naar haar auto en ik spreek haar aan om te vragen of ik mijn fles mag vullen. Ze vindt dat blijkbaar een vreemde vraag maar na enige twijfel neemt ze toch mijn fles aan en vult hem met zeer welkom nieuw water.
Ik loop weer verder maar het gaat niet zo van harte, mijn benen doen zeer en ook mijn schoenen zitten niet lekker, al zouden ze inmiddels ingelopen moeten zijn. Bovendien zijn het exact dezelfde als mijn vorige paar. Maar goed. 

Na 30 kilometer passeer ik een camping maar ook hier is geen horeca, dus val ik neer in het gras naast de weg en blijf een poosje uitgeteld zitten. Als ik na een kwartiertje weer opsta voel ik dat mijn benen eigenlijk niet meer willen. Natuurlijk ben ik vaak moe na een lange afstand maar nu moet ik echt op karakter de laatste 12 kilometers lopen. Ik kijk alleen maar naar de grond voor me en stap zo normaal mogelijk door, maar zonder nog echt te genieten. Af en toe moet ik even stil gaan staan om wat te rekken en strekken om weer bloed door mijn benen te laten stromen. Dit ken ik eigenlijk niet zo erg, zelfs niet van de vierdaagse. Wellicht heeft het er iets mee te maken dat ik een paar kilo Oostenrijk mee naar huis heb genomen 😅. (Wordt aan gewerkt! 😀)
De route zigzagt heen en weer tussen de twee landen waardoor mijn eindpunt hemelsbreed veel dichterbij is dan dat mijn route werkelijk is, een extra vermoeiende factor merk ik. 
Ik ben werkelijk opgelucht als ik het bruggetje zie waar de etappe eindigt en deze laatste paar honderd meter zijn zeer zwaar (achteraf heb ik ook een flinke blaar). Dit moest natuurlijk een keer gebeuren dus ik hoop maar dat ik hier mijn ergste dipje heb gehad. Voorlopig hoef ik niet meer zo ver en is er veel meer mogelijk qua rust en openbaar vervoer en overnachtingsmogelijkheden. Deze 15 uur met 500 km autorijden, 25 km fietsen en 42 km lopen was iets teveel van het goede maar ik ben nog steeds totaal gemotiveerd voor wat komen gaat!
En door!

Totale route inclusief vandaag:

Reacties

Een reactie posten